Mijn naam is Marga Smeenk, moeder van Maarten en Anke. Anke werd op haar 14e (in 2004) gediagnosticeerd met anorexia nervosa, waarvoor zij al snel opgenomen werd vanwege haar slechte fysieke toestand. Naast de anorexia nervosa raakte Anke depressief. In de loop van bijna 18 jaar onderging zij veel behandelingen. Deze varieerden van specifieke behandelingen voor haar eetstoornis tot ECT en ketaminebehandelingen tegen haar depressie.
Ondanks haar ziekte en alle opnames wist Anke de universiteit af te ronden en ging zij op zichzelf wonen. Bij alle grote veranderingen in haar leven was er hoop dat, door ergens “opnieuw” te beginnen, een betere periode voor haar zou aanbreken. Helaas bleek dat voor Anke niet het geval. In haar dagboeken uit 2016 is al te lezen dat zij het leven niet meer kon leven.
In 2018 kreeg Anke voor het eerst toestemming van het Expertisecentrum Euthanasie om te mogen sterven. Ze was toen echter nog niet zo ver om deze definitieve stap te zetten. In 2021 ging zij opnieuw het traject bij het EE in, en opnieuw werd zij goedgekeurd.
Op 8 augustus 2021 belde Anke mij ’s ochtends en zei: “Mam, ik weet het zeker. Ik kan dit leven niet meer leven en ga de datum prikken voor de euthanasie.” Anke maakte een plan voor de laatste maanden van haar leven. Ze wist hoe en wanneer ze afscheid van iedereen wilde nemen.
Haar fysieke toestand ging echter snel achteruit, en in september brak zij spontaan haar bovenbeen tijdens een wandeling, waarvoor een operatie nodig was. Anke wilde “winnen” van haar anorexia door zélf het moment van haar overlijden te bepalen. Ze wilde niet overlijden aan de fysieke gevolgen van haar ziekte.
Op haar enorme wilskracht heeft zij de laatste maanden van haar leven ingevuld zoals zij dat graag wilde. Op 6 december 2021 hebben wij haar in liefde laten gaan.
Wat betekent de stichting voor ons?
Voor mij betekent de stichting vooral: “niets uit hoeven leggen.” Ik ben gezegend met een liefdevol netwerk – zij zijn er altijd voor me – maar zij hebben (gelukkig) niet hetzelfde traject hoeven doorlopen. Naast de mooie gesprekken die ik heb gehad met verschillende mensen, heb ik via de stichting ook waardevolle vriendschappen opgedaan.
Heb ik het leven weer opgepakt?
Ja, ik heb het leven zeker weer opgepakt, maar ik heb hierin wel aanpassingen moeten doen. De baan die ik had, kon en kan ik niet meer op dezelfde manier uitvoeren. Na Anke’s overlijden had ik de hoop dat mijn energie en flexibiliteit weer zouden terugkomen. Dat is niet voor 100% het geval geweest. Ik heb wel geleerd dat er alleen maar ‘nu’ is, en dat ik alleen in het nu kan leven en hiervan kan genieten. Tegenwoordig doe ik veel vrijwilligerswerk en geniet ik van wat er is en wat er kan.
Hoe ga ik om met mijn verdriet?
Verdriet en gemis zijn er altijd. Als het verdriet opkomt, laat ik het er zijn. Ik draag vooral de mooie herinneringen met me mee – die troosten mij. Daardoor is het gemis van Anke soms juist ook extra heftig. Ik merk dat dit, nu ruim 3,5 jaar later, niet minder is geworden. Naast het verdriet en gemis is er ook een gevoel van opluchting en rust. Niet meer de pijn van Anke haar lijden hoeven meemaken, niet meer 18 jaar lang ‘aanstaan’. Er is ook dankbaarheid: dat zij in mijn leven is geweest, dat het laatste wat ik van haar hoorde “ik hou van jullie” was.
Lieve Anke,
Ik hou van jou, voor altijd.



