Kort voorstellen: Wie ben ik?
Ik ben Vera Smit, GZ-psycholoog bij GGZ Centraal, werkzaam op de afdeling eetstoornissen in Hilversum. We behandelen daar volwassenen met diverse eetstoornissen. Dit doen we op de polikliniek, wat betekent dat mensen niet bij ons opgenomen zijn, maar in principe thuis slapen (of indien nodig tijdelijk in een ziekenhuis of kliniek).
Hoe kwam jij in contact met onze stichting?
Ellen Beukema kwam in mei 2024 op bezoek bij ons team.
Wat doet het met jou als hulpverlener als een cliënt zegt dat zij/hij niet meer wil leven?
Natuurlijk raakt het me. Ik probeer dan altijd eerst de suïcidaliteit te onderzoeken en deze te verminderen. Als ik mensen al langere tijd in behandeling heb, hoop ik vanuit persoonlijk oogpunt dat ze kunnen herstellen of stabiliseren en niet voor de dood kiezen. Het zijn vaak zulke leuke mensen, die dat door een negatief zelfbeeld zelf niet inzien.
Ik probeer me ook te verplaatsen in mijn cliënten. Het is dus een evenwicht zoeken tussen motiveren, hoop en perspectief bieden als ik denk dat herstel nog mogelijk is, en het steunen en begeleiden van een euthanasie-aanvraag bij het ECE, als dat al langdurig de wens van de cliënt is. Daarbij betrek ik ook altijd hun naasten. Ik vind een humaan einde, waarin mensen afscheid kunnen nemen van elkaar, altijd te verkiezen boven een eenzame zelfmoord.
Vind jij dat het leven maakbaar is?
Nee, ik vind juist dat tegenwoordig te vaak de indruk gewekt wordt dat het leven maakbaar is. Bijvoorbeeld op social media, waar influencers beweren dat ze alles kunnen weg-manifesteren, wat ik persoonlijk niet onderschrijf. Er is een risico op victim blaming als je vindt dat iemand niet hard genoeg wil herstellen van een bepaalde ziekte, of het nu kanker, een eetstoornis of een andere aandoening is.
Wel vind ik het belangrijk om het veranderingsdilemma bespreekbaar te maken: welke redenen heeft iemand om te willen herstellen, en welke redenen heeft iemand om nog niet te durven herstellen? Dit kan bijvoorbeeld komen doordat een eetstoornis helpt om emoties te dempen, een gevoel van controle biedt, of omdat iemand bang is om meer verantwoordelijkheden te krijgen als ze minder ziek zijn.
Dus, het leven is volgens mij niet maakbaar; er zijn veel factoren waar we geen invloed op hebben. Maar ik probeer altijd samen met mensen te zoeken naar factoren in hun herstel waar ze wel invloed op hebben, en hen weer in hun kracht te zetten.
Wat voor gevoel geeft het je als je geen redelijke behandelopties meer ziet voor de cliënt?
Dat geeft me een machteloos gevoel, omdat ik mensen zo graag wil zien herstellen. Het lijden kan soms ondraaglijk zwaar voelen. Ik krijg echter de indruk dat artsen beter zijn opgeleid in het aangeven wanneer er geen behandelopties meer zijn, of dat het bij fysieke klachten soms duidelijker is: er is geen ander medicijn of operatie meer. Psychologie als vakgebied is daarin minder eenduidig. Daarom proberen we steeds transparanter te zijn en het gesprek open aan te gaan. Dit kan zowel gaan over het leren leven met een langdurige eetstoornis (LES) als over de wens tot euthanasie. Dit levert vaak kwetsbare, verbindende gesprekken op.
Wat heeft onze inbreng je gebracht?
Door Ellen heb ik geleerd dat ouders, hoe verschrikkelijk het ook is om een kind te verliezen, toch achter euthanasie kunnen staan.